Marketing: Marketing is het bestuderen en beheren van relaties. Het is een (bedrijfs)proces van het identificeren, anticiperen en bevredigen van de behoeften en wensen van klanten. Omdat marketing wordt gebruikt om klanten aan te trekken, is het een van de belangrijkste componenten van bedrijfsgroei en commercie.
Merk verhaal: Een merkverhaal is het verhaal wat jij vertelt vanuit de naam van je merk richting je doelgroep. Zo zegt Coca Cola met zijn merkverhaal “Open happiness”, dit is meer dan een slogan want alles wat Coca Cola vertelt in zijn marketing draait om geluk/plezier. Dat is een sterk merkverhaal.
Tone of voice: Tone of voice is de manier waarop je communiceert met je klanten. Ben je heel amicaal en spreek je de doelgroep in de ‘je’ vorm aan of ben je formeel en afstandelijk. De tone of voice ligt in het verlengstuk van je merkverhaal.
Tooling: Een stukje software wat op internet gehost wordt wat gebruikt kan worden voor een specifiek doeleinde. Zapier is bijvoorbeeld een tool die het mogelijk maakt om informatie uit Facebook te exporteren en te plaatsen in een Google Drive Sheet. Zo wordt het met een simpel maar krachtig tooltje mogelijk om data tussen marketing tools uit te wisselen.
Sales funnel: Sales funnel is letterlijk vertaald een verkooptrechter. Het idee van een sales funnel is dat een potentiële klant een aantal stappen moet doorlopen voordat die een klant wordt, sommige mensen komen door de trechter heen, andere niet. Bij elke stap heb je ‘afvallers’ dit zijn mensen die niet door de funnel heen komen. Hoe complex of simpel de funnel is hangt volledig af van wat je verkoopt. Een sales funnel zijn dus de fases van je verkooptraject. Er is binnen online marketing ook een volledige discipline hieraan gewijd namelijk salesfunnel of conversie optimalisatie.
Pixel: Een Pixel is een stukje code wat je op jouw eigen website kan plaatsen. Deze pixel verzamelt gegevens van je website bezoekers. Dit kan heel simpel zijn zoals een Google Analytics pixel die meet hoeveel mensen er op je site komen tot hele complexe meetinstrumenten die je website bezoekers kunnen opdelen in verschillende profielen en op basis hiervan de website kunnen veranderen zoals bijvoorbeeld Booking.com heel veel doet.
Cookies: Cookies zijn kleine bestandjes die een website op je computer, smartphone of tablet plaatst tijdens je bezoek aan deze website. Deze cookie slaat vervolgens informatie op. Dit kan bijvoorbeeld om te zorgen dat je winkelmandje gevuld blijft als je de website verlaat en terug komt.
ROI: ROI staat voor Return on Investment. Een zeer belangrijke term in alles wat je met je onderneming doet. Dit heeft namelijk te maken met je investering en wat je hiervoor terug krijgt. Een positieve ROI betekent dat het meer oplevert dan het kost, een negatieve ROI betekent dat je geld aan het verliezen bent.
LTV: LTV staat voor LifeTime Value. Dit is als startende onderneming lastig te bepalen maar als je een tijdje onderweg bent kan je bepalen wat een klant in zijn levensperiode netto oplevert.
CPA: CPA staat voor Cost per Acquisition ofwel wat een klant mag kosten om te verkrijgen. Mocht je een LTV kunnen berekenen dan mag je ongeveer 30% van die LTV uitgeven om een nieuwe klant binnen te halen. CPA wordt ook vaak afgekort als CAC: Customer Acquisition Cost.
Agile: Agile is snel en wendbaar zijn. Makkelijk en snel inspelen op veranderingen in de markt.
E-commerce: E-commerce is electronic commerce ofwel webshops / webwinkels maar ook alles wat met online verkopen te maken heeft.
Elevator pitch (lift pitch): Een kort verhaaltje waarin je jouw bedrijf of oplossing in 30 seconden presenteert. Ze noemen dit een elevator pitch met het idee dat je de presentatie kan geven in dezelfde tijd als dat je in een lift staat. Het boek ‘Life is a pitch’ is een goed boek als je hier meer mee wilt doen.
Life-force 8: De 8 basisbehoeften van een mensen waar je middels marketing op kan inspelen:
Overleven, genieten van het leven, het leven verlengen.
Search Engine Optimisation (SEO) ofwel Zoekmachine optimalisatie: Zoekmachineoptimalisatie is het proces waarbij de kwaliteit en kwantiteit van websiteverkeer wordt verhoogd door de zichtbaarheid van een website of webpagina voor gebruikers van een webzoekmachine te vergroten. SEO verwijst naar de verbetering van onbetaalde resultaten en sluit direct verkeer en de aankoop van betaalde plaatsing uit.
Google Ads (Voorheen AdWords): Google Ads is een online advertentieplatform ontwikkeld door Google, waar adverteerders betalen om korte advertenties, serviceaanbiedingen, productvermeldingen, video-inhoud weer te geven en mobiele applicatie-installaties binnen het Google-advertentienetwerk te genereren voor webgebruikers.
Google Shopping: Google Shopping, voorheen Google Product Search is een Google-service waarmee gebruikers naar producten kunnen zoeken en prijzen tussen verschillende leveranciers kunnen vergelijken rechtstreeks op Google zonder naar de desbetreffende site te gaan.
Social media management: Het beheren van (allerlei) social media kanalen om meer volgers te vergaren, te interacteren met je fans en content te delen die zonder te betalen verspreid kan worden.
E-mail marketing: E-mailmarketing is het targeten van consumenten met een commerciële boodschap via e-mail met als doel de verkoop te stimuleren, de klantloyaliteit te vergroten of belangrijke informatie te communiceren.
Conversation marketing: Conversational marketing of conversatie marketing is een feedback gerichte benadering van marketing die door bedrijven wordt gebruikt om betrokkenheid te stimuleren, klantloyaliteit te ontwikkelen, het klantenbestand te laten groeien en uiteindelijk de omzet te vergroten. Chat functies op sites vallen hier bijvoorbeeld onder.
Content marketing: Contentmarketing is een marketingaanpak gericht op het creëren en verspreiden van waardevolle, relevante en consistente inhoud om een duidelijk omschreven publiek aan te trekken en te behouden – en uiteindelijk om winstgevende klanten te genereren.
Information Age: Het informatietijdperk is een tijdsperiode die aan het eind van de 20e eeuw begon en wordt gekenmerkt door de snelle verschuiving van de traditionele industrie richting een economie die wordt gebaseerd op informatietechnologie.
Dot-com bubble: De dot-com bubble was een ‘bubbel’ op de aandelenmarkt die werd veroorzaakt door buitensporige speculatie in internetgerelateerde bedrijven eind jaren negentig, een periode van enorme groei in het gebruik en de acceptatie van internet.
Google Analytics: Google Analytics is een webanalyse-service die wordt aangeboden door Google en die websiteverkeer volgt en rapporteert.
Dropshipping: Dropshipping is een methode waarbij de webshops geen goederen op voorraad houdt, maar in plaats daarvan de bestellingen en verzendgegevens van zijn klant overdraagt aan de fabrikant die de goederen vervolgens rechtstreeks naar de klant verzendt. Je verkoopt letterlijk de voorraad van andere via jouw site.
Customer journey: Op het internet is een customer journey een verzamelterm voor alle interacties tussen een organisatie en een klant tijdens de duur van hun relatie.
Display bannering: Een vorm van digitaal adverteren waarbij je door middel van visuele beelden je verhaal aan de klant kan vertellen. Display bannering is overal op het internet terug te vinden en wordt tegenwoordig vaak geblokkeerd door gebruikers met een adblocker.
IP Adres: Een Internet Protocol Adres (IP-adres) is een uniek numeriek label dat is toegewezen aan elk apparaat dat is aangesloten op een computernetwerk dat het internet protocol gebruikt voor communicatie.
Prestatie (performance) marketing: Op prestaties gebaseerde marketing is een vorm van marketing waarbij de koper alleen betaalt wanneer er meetbare resultaten zijn
1. Hoe is marketing ontstaan en hoe werkt het?
€ 149,99
